Ik racete in een Ginetta G40, een instapmodel speciaal voor beginners. Ondanks de bescheiden 135 pk en het ontbreken van rijhulpen, was het een uitstekende leerschool. Vooraf maakte ik me zorgen dat echt racen de magie van sim racing zou verpesten. Echter, het tegenovergestelde gebeurde: ik waardeerde hoe dicht moderne sims de werkelijke voertuigdynamiek benaderen.
Mijn vaardigheden waren gemiddeld en de kwaliteit van het racen was vergelijkbaar met chaotische multiplayerraces. Een van de grootste voordelen van sim racing was het leren van onbekende circuits. Dankzij iRacing leerde ik Snetterton opnieuw kennen, wat resulteerde in mijn beste resultaat van het seizoen: een 7e plek.
Helaas duurt het nog even voordat ik weer kan racen. De instapklasse van Ginetta is nu vervangen door de G56 GTA, die met een prijs van rond de £100.000 buiten mijn bereik ligt. Tot die tijd kan ik gelukkig in zowel Forza Motorsport als Automobilista 2 mijn G40 rijden op de circuits waar ik heb geracet.
Dit artikel onderzoekt de waarde van sim racing voor echte racers aan de hand van persoonlijke race-ervaringen. Het benadrukt hoe sim racing niet alleen een leermiddel kan zijn, maar ook een brug slaat naar de echte race-ervaring.